The Ghana Thing : Verwezenlijkingen en activiteiten
Met het oorspronkelijk voorziene project hopen we binnen afzienbare tijd opnieuw van start te kunnen laten gaan.
Gebrek aan tijd en middelen, maar vooral het voortdurend lenigen van de meest acute noden maken dat er in die armste dorpjes waar het Abodie Sunsum Bia -project zal doorgaan, nog niet veel structureels is kunnen gebeuren.
Deze gemeenschap brokkelt daardoor langzaam verder af, omwille van de drang die er heerst om naar de stad (Kumasi) te verhuizen, de stad die dan zogezegd als springplank naar het westen moet dienen….
Voor Abodie Sunsum Bia heeft Stof en Aarde een lease op een stuk grond (ca. 4,5 ha) op ca. 35 km van Kumasi.
Enkele prachtige, oude, tientallen meters hoge bomen op die grond en de bodemeigen begroeiïng zijn hierdoor min of meer in veiligheid gebracht. Ik zeg min of meer omdat niettegenstaande de lease die Stof en Aarde op het land heeft, er toch nog 2 grote woudreuzen gekapt zijn geworden en illegaal verkocht.
Lees hierover meer in het `Samenvattend verslag van een onderzoek naar de manier van overleven…’, in Abodie Sunsum Bia: het project; steun; verslag onderzoek. Het stuk grond ligt nl. in het grondgebied dat in het verslag besproken wordt.
Ziehier een greep uit waar we ondertussen wèl in geslaagd zijn:
- We hebben een voortdurende financiële input geleverd voor de opbouw van een heel groot familiehuis in Tanoso (een suburb van Kumasi). Het huis wordt niet alleen door de gezinnen van de familie bewoond, maar wordt ook verhuurd aan een 12-tal andere adoptie-gezinnen (een gezin leeft meestal in 1 kamer, met een gemeenschappelijke kookplaats). Ik heb in het familiehuis ondertussen 2 kamers. Ze zijn mijn uitvalsbasis: ze dienen als leefruimte, ontvangst- en werkruimte. Uiteraard worden deze kamers door andere gezinsleden bewoond als ik er niet ben. Er is (soms) stromend water en (meestal) electriciteit. Er is ook een kookvuur op butaangas. (ter vervanging van de houtskoolvuurtjes)
- Vorig jaar (2007) hebben we naast het huis nog een extra kamer gebouwd voor de jongste broer van de familie die kreupel is: aan ‘de straatkant’ heeft hij een bescheiden winkeltje waar hij tweedehandskledij van hier verkoopt. Ik ben er mij van bewust dat tweedehandskledij naar Afrika exporteren geen duurzame ‘ontwikkelingshulp’ is, omdat hierdoor de locale textielproductie ontwricht wordt. Het gaat hier echter om “amateuristische” hoeveelheden. Hierdoor is deze aardige, maar ernstig gehandicapte man voor zijn dagelijks eten niet langer volkomen afhankelijk van de familie en verkrijgt hij aldus wat autonomie en (zelf)respect. In Ghana bestaat er geen invaliditeitsuitkering of zo… Zijn absolute voorkeur gaat naar synthetische (sport)kledij!
- De natuurlijke waterput (een vijvertje, gevoed door grondwater) met water dat steeds opnieuw vervuild werd met voedselresten, vuile emmers en een heerlijke habitat was voor (malaria)muggen, is gedempt en vervangen door een diepe waterput in beton met deksel. Het water is nu schoner en vooral veiliger, maar het ophaalsysteem is ondertussen al stuk. Met de emmer en het koord alleen lukt het ophalen ook prima, maar de dikke plastiek koord rafelt door hem over de ijzeren rand te schuren, zodat er nu kleine blauwe plastieken rafeltjes in het drinkwater zitten…
- Nog steeds in de strijd tegen de muggen en ziektes, hebben we rond het huis een groot afwateringssysteem gemaakt, zodat het water er niet langer stilstaat en op zijn minst tot op straat kan lopen. Ok, het probleem is gewoon verlegd, want wat ik straat noem, bestaat uit eindeloos platgetreden en platgereden aarde met heel diepe groeven en hoge heuvels, een riolering is er dus ook niet, maar het is rondom het huis een stuk hygiënischer en veiliger.
- In 2005 hebben we met 500 euro de opstart mogelijk gemaakt van het project van Nicholas Antwi Abankwah in Konongo (ca 33km van Kumasi). Dit kleine project, oorspronkelijk gestart voor de kweek van grasscutter (soort hazen), heeft dit gezin weer op de rails geholpen en de man nadien de mogelijkheid gegeven om (naar afrikaanse normen) verder door te groeien en in aanmerking te komen als lesgever voor een van de vele landbouwtrainingsprogramma’s die in Ghana lopen.
- Bernard Ampong, een jongeman die in het familiehuis woont, en zoon van een (eerder symbolische) aandeelhouder van Stof en Aarde, hebben we met succes een cursus kunnen laten volgen in Kumasi om websites te bouwen. Daarvoor had hij een laptop nodig. Na zijn studie hebben we hem ook de gevraagde gsm gegeven, zodat hij nu in principe de bedrijven in Kumasi kan aflopen om zijn diensten en kunde aan te prijzen en aldus aan het werk te geraken. Niet zo makkelijk, want hun cultuur en sociale code dicteert dat men doorgaans slechts mensen uit eigen familie tewerkstelt. Maar dit verandert nog wel : vroeger was dat hier ook zo.
- Het hoofd van de familie, Alex Ahning, eveneens (symbolisch, slechts 5 aandelen) aandeelhouder van Stof en Aarde, wou zijn handel in tweedehandse hifi- en TV-toestellen nieuw leven in te blazen, ten einde aan genoeg centen te kunnen geraken om zijn 2 kinderen te voeden. In 2007 hebben we zijn handel gesteund met 2 X 500 euro, hoewel ik denk dat deze investering op termijn niet zoveel zin heeft, omdat Ghana momenteel overspoeld wordt met goedkope electro en hifi uit Korea en China. Ik noem dit dus niet echt een duurzame verwezenlijking, maar als de nood hoog is, en het gaat over kinderen en honger, wat kunnen we anders doen?
- Baffour Kwesi Domfeh heeft een bescheiden hard-ware winkeltje in Atebubu (koorden, hangsloten, vernis, machetes…) Nadat iedereen gegeten had en gekleed was, bleef er nooit iets over om in extra bouwmaterialen voor zijn zaak te investeren, zodat die meer kon opbrengen, waardoor zijn zoon zou kunnen verder studeren. Hij wou o.a. verf en houtplaten voor plafonds erbij: bouwen in Ghana is nu eenmaal booming business, vooral door al die Ghanezen die in Europa en Amerika wonen en werken. Na zorgvuldig rekenen wat er nodig was, heeft Stof en Aarde 1000 euro geschonken om zijn stock te diversifiëren en uit te breiden.
- Als ik in huis ben, gaat een deel van mijn tijd alvast op aan gesprekken rond:
– watergebruik : bv. de kraan niet open laten staan tot er vanzelf weer water uitkomt (de watertoevoer is nl. dagelijks of soms dagenlang afgesloten; en ook: àls er water uit de kraan komt, dit water enkel gebruiken om te koken en niet om de kleren mee te wassen; dus steeds putwater gebruiken voor de was, ook als de kraan loopt, want het putwater is gratis en het kraanwater heel duur;
– het onderhoud van de waterput die bij het huis hoort (emmer nethouden, put op tijd reinigen etc.);
– gebruik van electriciteit (tv en radio niet samen aanleggen en alles afleggen `s nachts of als je er niet bent);
– afval scheiden in plastiek en organisch, organisch op de composthoop en plastiek niet verbranden voor de deur;
– handen wassen nà toilet (i.v.m. ziektes);
– condooms : familie en adoptief-familie breidt zich razendsnel uit zowel bij de plus-veertig-vrouwen als bij de min-twintig-meisjes, wat het voorzien in catering en schoolgeld steeds moeilijker maakt;
– geneesmiddelengebruik : b.v. antibiotica zijn per plaatje vrij verkrijgbaar bij apotheken en worden genomen bij het minste probleem, b.v. koorts ; de kuur wordt bovendien nooit volledig uitgevoerd wegens geldgebrek;
– borstvoeding : Nestlé verspreidt zogenaamde nadelen en gevaren van borstvoeding, ten voordele van haar eigen (dure) graan-plus-melkproduct dat ze op de markt brengt en waar steeds meer babies allergisch op reageren;
– malariapreventie.
De gesprekken worden soms ook in een soort voorlichtingsvergaderingen verpakt en moeten steeds weer opnieuw georganiseerd worden (ook voor dezelfde mensen). Een “voorlichtingsvergadering” wordt uiteraard niet als dusdanig gepresenteerd: ze gebeurt onrechtstreeks en op een manier die past in hun cultuur en die ik met vallen en opstaan heb moeten leren, indien ik wilde gehoord en begrepen worden.
- Ik ben voortdurend in contact met bepaalde Ghanezen (van 2 verschillende families) die naar Brussel, Amsterdam en London zijn uitgeweken en hier hun fortuin vergaren. De meesten hebben een huis gebouwd in Ghana of zijn er een aan het bouwen. Hoewel ze in nauw contact staan met hun familie in Ghana, die het huis in of rond de stad bouwt (of gebouwd heeft) en bewoont, is er nog maar sporadisch contact (begrafenissen!) tussen hen en wie er in de dorpjes achterbleef. Door met alle 3 de partijen in contact te staan (degene die in Europa wonen, de directe familieleden die in Accra en Kumasi wonen, en degene die in ernstige armoede in de dorpen leven), vorm ik een link en een soort informatiepool. De ‘nieuwtjes’ uit de achtergebleven familie uit de dorpen te moeten vernemen van een blanke die geen familie is, is voor de ‘nieuwe’ Europeanen een bewustwording op zich!
Dit contact is ook nuttig voor de kinderen van deze `Burga’s’ (van `Hamburger’, zo worden de Ghanezen die in Europa of Amerika leven of geweest zijn genoemd). De kinderen ondergaan in het thuisland een Ghanese opvoeding, terwijl één of beide ouders reeds jàren, vaak ononderbroken, hier leeft en werkt en westerse normen en waarden overneemt. Ze begrijpen de kinderen van hier niet, maar ze begrijpen hun eigen kinderen vaak ook niet meer. Ze sturen hen of hun verzorgers maandelijks leef- en schoolgeld en talrijke westerse cadeau’s (TV, hifi, computers, gsm’s…) die na een tijd voor die kinderen als vanzelfsprekend en onontbeerlijk worden beschouwd. Veeleisende kinderen dus, die niet echt in staat zijn om te waarderen wat ze voortdurend zomaar ‘uit Europa’ in de schoot worden geworpen en die bovendien na school, net als onze kinderen (in het algemeen gesproken dan) niet meer buiten komen. Ook hier vorm ik een informatieve en soms bemiddelende schakel: een kind is immers een kind en een puber is een puber, overal ter wereld; een moeder die haar kind mist en haar afwezigheid wil compenseren, is evenzeer universeel…
- het project ‘Elteyesar’ (Living together in shared responsability) – (uit Liefdesbrief 2)
- ‘Een succesverhaaltje van 500 euro’ – (uit Liefdesbrief 2)
- okt. 2008. Elteyesar heeft nu een eigen rekening bij de bank met een startkapitaal van ca 600 euro. Deze rekening wordt beheerd door de mensen die er wonen. Het is de bedoeling dat de huurgelden erop komen zodat de herstellingen en verbeteringen aan het huis hiervan kunnen betaald worden.
De rekening wordt ook gebruikt om de verschuldigde huur terug te betalen aan de mensen die hun kamer vroeger opzeggen dan de huurperiode.
- Maart 2009 : we hebben een keuken aan de zijkant van het huis gebouwd voor de mensen die in de kleine kamertjes onderaan wonen en dus buiten koken. Zij moesten voordien steeds noodgedwongen hun koken staken en op de vlucht slaan met vuurpot en kookpotten ( waarheen?) als de intense tropische regens weer toesloegen.
- Het huis wordt onderhouden verder uitgebouwd.
Het gebruik van de rekening blijkt zeer moeilijk en een bijkomend bedrag van ca 600 euro wordt gestort.
Het comitee komt op regelmatige basis verder samen (om de 2 weken op zondagochtend, als er niets tussenkomt!). In en rondom het huis is het netter, de toiletten en douches worden beter onderhouden, want iedereen zegt ronduit zijn gedacht op de vergaderingen. De beurtrollen worden beter gerespecteerd. De betalingen voor electriciteit en water worden nagekomen door zowat 70% van de bewoners. De waterput wordt beter onderhouden (ziektes!)
- feb 2010. Er is een nieuwe electriciteitsmeter geïnstalleerd, omdat de oude stukgegaan was omwille van constante overbelasting. Het huis is te groot en te bevolkt voor maar één meter. We gaan nu wel uitkijken om nog een 2de meter aan te kopen, anders zitten we binnen afzienbare tijd weer met hetzelfde probleem.
- Joe hebben we opgestart met een klein handeltje in gsm-toestellen, ter vervanging van zijn cafeetje, waarvan hijzelf helaas zijn grootste klant is…
(met dank aan Thérèse)
- Tracy hebben we opgestart met een phone-card business. Ze is een street-girl en zegt hiermee dè kans van haar leven te hebben gekregen
(met dank aan Brigitte Minne en familie)
- Christine – mijn naamgenote!- hebben we geholpen met het opstarten van een charcoalbusiness. Houtskool is (helaas) nog steeds de belangrijkste brandstof om mee te koken. (met dank aan Conny en Pieter).
- Het gebruik van de rekening blijft een hele moeilijke oefening maar met Mr. Fuseini aan het roer, zit er nu veel verbetering in (maart 2010).
Dank zij het voortreffelijke management van Mr. Fuseini, is er nu ook een tweede keuken gebouwd aan de zijkant (zie hierboven).
- In Abodom zijn we gestart met de bouw van de “palace”, nu Nana Alex Ahning officieel de ingewijde paramount chief is voor het gehele gebied.
De ruimte die we The Palace noemen, wordt een ontmoetingsruimte waar de bewoners van dit dorp en de naburige dorpen ( zie onderzoek dorpen ) naartoe komen om te vergaderen en om de gezamenlijke activiteiten in onder te brengen zoals feesten en inwijdingen, maar ook als ontmoetingsruimte voor de jongeren. Deze ruimte is dringend nodig want om de 14 dagen op donderdag wordt er ook volgens de ashanti-traditie bijeengekomen om samen met de chiefs van alle naburige dorpen de ongemakken, burenruzies en misdaden te bespreken met alle betrokkenen erbij. Op die dagen wordt er o.a. besloten of een zaak verder gaat naar de politie voor behandeling of dat zij zelf ( de chiefs) een gepaste uitspraak/beslissing/straf kunnen uitspreken. Het oorspronkelijke Palace is al jaren geleden ingestort en wordt als ruïne verder onderhouden door termieten en houtluizen. De donderdagse vergaderingen gaan momenteel door op de binnenkoer van het ‘mooiste’ huis van het dorp.
Een deel hout voor de Palace was al eerder aangekocht en nu hebben we voor ca. 600 euro aan golfplaten gekocht… kwestie van alvast heel klein te beginnen met de bouw….
(met dank aan Äleluja voor de financiering van een deel golfplaten)